Heb je vanmorgen een slok lekkere, koude melk gedronken?
Ja! Nou, ik ook, en laat me nu jou het verhaal vertellen dat het mij vertelde toen het wit en romig in het hoge glas stond.
Zie je, net toen ik het naar mijn lippen bracht, zag het er zo schuimend en fris uit, dat ik zei: “Goede melk, vertel me eens waar je vandaan kwam voordat we je in de winkel kochten?”
De melk borrelde een beetje op, ging toen rustig liggen en zei: “Ja, ik zal je erover vertellen. Voordat je me kocht, stond ik in een fles met nog zoveel andere flessen, in een donkere, koele ijsbox in het distributiecentrum waar we rilden en het erg koud kregen.”
“Smaak je daarom nu zo koud”‘ zei ik. “Ja”, borrelde de melk. “Nou, voordat ik in het distributiecentrum woonde, zwom ik rond, met heel veel andere melk, in een hele grote melkkan, buiten op het platteland, wachtend om in een fles gestopt te worden en naar de stad te worden gebracht”
“Oh!” onderbrak ik de melk, “Ik wist niet dat je van het platteland kwam. Groei je aan bomen of in de grond?”
De melk lachte zo hard en schudde zo, dat het bijna over het tafelkleed stroomde, en ik bang was dat het glas zou breken. Zodra hij weer kon spreken, zei hij: “Lieve help! Wist je niet dat voordat ik in de melkbus werd gestopt, ik regelrecht uit de oude koe kom, die in de wei bij de rivier staat te grazen? Maar daarvoor, en voordat ik witte, romige melk was ,zoals je me nu ziet, werd ik groot en groen aan de oever van de rivier. Geen wonder dat je verbaasd kijkt. Ja, ik was gras voor de goede oude koe om te eten.”
“En voordat je melk was, was je gras! Hoe grappig! En daarvoor?”
“Dat is een te lang verhaal”, rimpelde de melk; “en te moeilijk voor mij om te vertellen en voor jou om te begrijpen.”
“Maar waar ga je heen nadat ik je heb gedronken?” vroeg ik.
“Oh! Nadat je me hebt gedronken,” antwoordde de melk, “verander ik in rijk, rood bloed, om je lichaam sterk en gezond te maken.”
“Lieve melk,” zei ik, terwijl ik het glas nogmaals naar mijn lippen bracht, “dan zal ik jou niet gedag zeggen voordat ik je opdrink, maar ik zal de goede oude koe bedanken voor het geven.”
Toen dronk ik de koele, lekkere melk, maar ik herinnerde me het verhaal om het aan jou te vertellen.