De Uil en de Sprinkhaan

De Uil slaapt altijd overdag. Ze komt na zonsondergang, wanneer het roze licht uit de lucht verdwijnt en de schaduwen langzaam in het bos oprijzen, uit de holle boom naar buiten. Ze knippert dan eerst altijd even met haar ogen. Vervolgens klinkt haar speciale uilenroep “Oehoe Oehoe Oehoe” door het stille bos. 

Dan begint ze aan de jacht op insecten, kevers, kikkers en muizen. Ze vindt deze allemaal even lekker om te eten. Nu was er eens een oude Uil die, naarmate ze ouder werd, erg gauw boos en knorrig deed.  Dit gebeurde vooral als haar rustige, slaperige leventje overdag verstoord werd. 

Op een warme zomermiddag, toen ze net lekker zat te slapen in haar hol in de oude eik, begon een sprinkhaan in de buurt op hoge toon een lied te zingen. Hij was vrolijk omdat hij lekker in het zonnetje zat.  Het hoofd van de oude Uil kwam knorrig tevoorschijn uit de opening in de boom. Dit gat was zowel haar deur als haar raam. 

“Graag vertrekken meneer”,  zei ze tegen de Sprinkhaan. ‘Heb je geen manieren? Je moet toch op zijn minst mijn leeftijd respecteren en mij rustig laten slapen!’ Maar de Sprinkhaan antwoordde brutaal dat hij evenveel recht had op zijn plaats in de zon als de Uil op haar plaats in de oude eik. Toen begon hij vrolijk nog hoger en harder te zingen. 

De wijze, oude Uil wist heel goed dat het geen zin zou hebben om verder ruzie te maken met de Sprinkhaan. Ruzie maken met iemand is nooit nuttig. Bovendien waren haar ogen overdag niet scherp genoeg om de Sprinkhaan straf te geven hoewel hij dit eigenlijk wel verdiende. Dus sprak ze geen boze woorden maar zei heel vriendelijk tegen hem: “Nou meneer, als ik dan toch wakker moet blijven, ga ik maar meteen lekker zitten om van het gezang te genieten. 

Trouwens nu ik erover nadenk, ik heb hier een heerlijke wijn. Deze komt uit Olympus. Daar drinkt de god Apollo dit drankje altijd als hij voor de Goden gaat zingen. 

Kom alsjeblieft naar mijn hol en proef deze heerlijke drank samen met mij. Ik weet zeker dat je er net zo mooi van zult gaan zingen als Apollo zelf! De dwaze Sprinkhaan voelde zich trots en gevleid door de woorden van de Uil. 

Hij sprong omhoog naar het hol van de Uil. Maar toen hij zo dichtbij was dat de oude Uil hem duidelijk kon zien, sprong de Uil op hem af en….at hem op!


Downloads