Waarom de Olifant kleine ogen heeft

Toen Ambo koning van Calabar was, was de Olifant niet alleen een heel groot dier, maar hij had ook grote ogen in verhouding tot zijn omvang. In die dagen waren mensen en dieren vrienden, en ze gingen allemaal leuk met elkaar om. Koning Ambo hield af en toe grote feesten en de Olifant at altijd meer dan wie dan ook, hoewel het Nijlpaard ook altijd erg zijn best deed. Het Nijlpaard was erg dik maar hij was niet zo groot als de Olifant en dus hij kon niet met hem wedijveren.

Omdat de Olifant altijd zoveel at op deze feesten, besloot de Schildpad, die klein en erg sluw was, te voorkomen dat de Olifant een te groot deel zou opeten. Hij stopte daarom wat gedroogde palmpitten, waar de Olifant dol op was, in zijn tas en ging ‘s middags naar het huis van de Olifant.

Toen de Schildpad arriveerde, zei de Olifant hem te gaan zitten, dus maakte hij het zich gemakkelijk. Hij deed één oog dicht en haalde een handje palmpitten te voorschijn en begon te eten. Toen de Olifant de Schildpad zag eten, kreeg hij ook honger en zei: “Jij schijnt daar lekker eten te hebben! Wat eet jij?”

De Schildpad antwoordde dat het eten zoet was maar ook een beetje pijnlijk omdat hij één van zijn ogen aan het opeten was! En hij hief zijn kop op en liet één oog gesloten zien. De Olifant zei: “Als het eten zo lekker is, haal dan ook maar één van mijn ogen eruit en geef me hetzelfde te eten.”

De Schildpad, die hierop zat te wachten, wist hoe hebzuchtig de Olifant was en zei: “Ik kan niet bij je oog komen, je bent zo groot.” Dus nam de Olifant de Schildpad in zijn slurf en tilde hem op, en met een snelle schepbeweging haalde de Schildpad het oog van de Olifant eruit. De Olifant trompetterde hard van de pijn, maar de Schildpad gaf hem wat van de gedroogde palmpitten en die vielen zo in de smaak bij de Olifant dat hij de pijn snel vergat.

Al snel zei de Olifant: “Dat eten is zo heerlijk zoet dat ik er echt meer van wil hebben.” Maar de Schildpad vertelde hem dat hij voordat hij nog meer kon hebben, het andere oog moest geven. De Olifant stemde hiermee in en al snel was hij blind. De Olifant begon toen een ongelooflijke herrie te maken en begon bomen om te hakken en veel schade aan te richten, roepend om de Schildpad. De Schildpad was langs de slurf van de Olifant naar de grond gegleden en had zich snel verstopt.

Toen de Olifant de volgende ochtend de mensen hoorde passeren, vroeg hij hoe laat het was, en de Bosbok, die het dichtstbij was, riep: “De zon is nu op en ik ga naar de markt om wat wortelen en verse bladeren te halen voor mijn avondeten.”

Toen besefte de Olifant dat de Schildpad hem had bedrogen, en hij begon alle voorbijgangers te vragen om hem een paar ogen te lenen omdat hij niet kon zien, maar iedereen weigerde, omdat ze zelf hun ogen wilden houden. Eindelijk kroop de Worm voorbij, en toen hij de grote Olifant zag, begroette hij hem op zijn nederige manier. Hij was zeer verrast toen de koning van het woud hem groette, en hij voelde zich zeer gevleid ook.

De Olifant zei: “Kijk eens, Worm, ik heb mijn ogen verloren. Wil je me die van jou een paar dagen lenen? Ik zal ze de volgende marktdag terugbrengen.”

De Worm was zo gevleid dat hij door de Olifant werd opgemerkt, dat hij graag toestemde en zijn ogen eruit haalde die, zoals iedereen weet, heel klein waren en hij gaf ze aan de Olifant. Toen de Olifant de ogen van de Worm in zijn eigen grote oogkassen had gedaan, trok zijn huid zich zo strak eromheen dat het voor de Olifant onmogelijk was ze er weer uit te halen en ze terug te brengen naar de Worm, toen het weer marktdag was. En hoewel de Worm herhaaldelijk aan de Olifant vroeg om hem zijn ogen terug te geven, deed de Olifant gewoon altijd alsof hij het niet hoorde. Maar soms zei hij met heel luide stem: “Als er Wormen in de buurt zijn, kunnen ze maar beter uit de weg gaan, want ze zijn zo klein dat ik ze niet kan zien, en als ik erop trap, zullen ze verpletterd worden.”

Sindsdien zijn de Wormen blind, en hebben de Olifanten hele kleine ogen!


Downloads