Het Koekemannetje

Dit is een verhaal dat vele jaren geleden door iemands over-over-over-overgrootmoeder aan een klein meisje is verteld.

Er waren eens een kleine oude man en een kleine oude vrouw die samen in een klein huisje woonden aan de rand van het bos. Ze zouden samen heel gelukkig zijn, ware het niet dat ze heel graag een kindje wilden, maar dat het niet lukte om er één te krijgen. Op een dag, toen de kleine oude vrouw koeken aan het bakken was, sneed ze het deeg in de vorm van een klein mannetje en stopte het in de oven.

Even later liep ze naar de oven om te kijken of het koekje al gebakken was. Toen ze de oven openmaakte, sprong het kleine koekemannetje uit de oven en begon heel hard weg te rennen. De oude vrouw riep haar echtgenoot en samen renden ze achter het koekemannetje aan, maar het lukte niet om hem te vangen.

Al snel kwam het koekemannetje bij een oude schuur vol met hakselaars. Terwijl hij voorbij rende riep hij tegen de hakselaars: ‘Ik ben weggerend van een oude vrouw en een oude man. En ik kan jullie ook voorblijven. Ja, dat kan ik!’ Hierop begon de schuur met hakselaars achter het koekemannetje aan te rennen. En hoewel ze zelf dachten heel snel te zijn, lukte het toch niet om het mannetje te vangen.

Het koekemannetje verhaal

Dus rende het koekemannetje verder en stuitte op een veld vol met grasmaaiers en riep tegen ze: ‘Ik ben weggerend van een oude vrouw en een oude man. Ik bleef ook de schuur met hakselaars voor. Nu kan ik ook jullie voorblijven. Ja, dat kan ik!’ Hierop begonnen ook de grasmaaiers achter hem aan te rennen, maar ook zij konden het koekemannetje niet vangen.

Hij rende verder en ontmoette een koe en riep: ‘Ik ben weggerend van een oude man en oude vrouw. Een schuur hakselaars kon mij niet vangen. Een veld vol grasmaaiers kwam niet in de buurt. Nu zal ik ook jou voorblijven. Ja, dat kan ik!’ En hoewel de koe direct begon te rennen, kon ook zij hem niet bijhouden.

Al snel kwam het koekemannetje bij een varkentje en schreeuwde in het voorbijgaan: ‘Ik ben weggerend van een oude man en oude vrouw. Een schuur hakselaars en een veld met grasmaaiers hielden mij niet bij. Ook een koe lukte het niet mij bij te houden. Nu zal ik ook jou voorblijven. Ja, dat kan ik!’ Het varkentje begon te rennen, maar het lukte niet om hem bij te houden.

Toen kwam hij langs een vos en zei: ‘Ik ben weggerend van een oude man en oude vrouw. Een schuur met hakselaars, een veld met grasmaaiers, een koe en een varkentje konden mij niet bijhouden. Nu zal ik ook jou voorblijven. Ja, dat kan ik!’ Hierop begon de vos te rennen, maar vossen zijn supersnel en in een mum van tijd had hij het koekemannetjes ingehaald en begon hem op te eten.

‘O nee, ik ben voor een kwart opgegeten, zei het koekemannetje. ‘O nee, ik ben nu voor de helft opgegeten’, vervolgde het mannetje. En al snel: ‘Ik ben al voor driekwart opgegeten.’ En tot slot: ‘Ik ben helemaal opgegeten’, en niemand hoorde meer wat van het koekemannetje.


Downloads