De Stille Prinses

Er leefde eens in het oude Turkije een pasja die maar Ć©Ć©n zoon had. Hij hield zoveel van hem dat hij de jongen maar wat liet aanrommelen zonder zich nuttig te maken.

Op een dag speelde de prins uit verveling met een bal. Toen hij een oud vrouwtje met een kruik zag lopen, kon hij het niet laten de bal naar de kruik te gooien. Deze viel in stukken op de grond. De vrouw durfde er niets over te zeggen, omdat het de zoon van de Turkse pasja was. Dus liep ze weg om een nieuwe kruik te halen. En weer schoot de jonge prins met de bal de kruik kapot. Maar het vrouwtje zei niets. Toen de prins voor de derde keer de kruik uit de handen van de vrouw wierp, was voor haar de maat vol. Met haar vuist omhoog riep ze: “Ik wens dat je gestraft zult worden door verliefd te worden op de stille prinses.” Daarna verdween ze.

De jaren verstreken en steeds meer begon de prins over de gebeurtenis na te denken en te verlangen naar de stille prinses. Uiteindelijk werd de jongen ernstig ziek. De pasja liet alle artsen uit het land komen, maar niemand kon vertellen waar deze vreemde ziekte door kwam en hoe de jongen zou kunnen genezen.

“Hoe begon je ziekte, mijn zoon?”, vroeg de pasja op een dag. Toen vertelde de jongen hem wat al die jaren daarvoor was gebeurd en wat de oude vrouw tegen hem had gezegd. De vader gaf daarna zijn zoon toestemming om de stille prinses te vinden.

Het werd een zware reis met veel tegenvallers. Een jaar ging voorbij toen hij bij het paleis van de stille prinses aankwam. Ze was de dochter van een sultan en droeg zeven sluiers. Er werd gezegd dat ze de mooiste vrouw ter wereld was, maar niemand had haar ooit gezien. Ze sprak geen woord. Degene die haar aan het praten kreeg, mocht met haar trouwen. Er hadden al vele prinsen een poging gewaagd, maar het was niemand nog gelukt. En allemaal moesten ze hun poging betalen met de dood.

De prins, die tot over zijn oren verliefd was, begreep dat het heel gevaarlijk was, maar liet zich er niet van weerhouden. Op de markt, vlakbij het paleis, trof de prins een koopman die een nachtegaal bij zich had. De vogel zong zo vrolijk dat de prins stopte om te luisteren en vroeg de eigenaar of hij hem van hem mocht kopen. Dat mocht, en de prins nam hem mee naar de herberg waar hij logeerde. Die avond lag de prins te piekeren hoe hij de prinses zou kunnen laten praten. Toen fluisterde de nachtegaal hem in het oor: “Wat maakt je zo verdrietig, mijn prins? Ik zal je helpen, dus maak je maar niet druk. Doe precies wat ik zeg, dan komt alles goed.”

Die avond klopte de prins aan bij de sultan met het verzoek de prinses te spreken. De sultan stond het toe en de prins werd naar de kamer van de prinses gebracht. Daar verstopte hij de nachtegaal achter een grote kandelaar, precies zoals ze het hadden afgesproken. De prins begon te vertellen over al zijn avonturen, maar de prinses gaf geen krimp. Toen kwam er een stem uit de kandelaar, die zei: “Wel, nu de prinses blijkbaar geen interesse heeft in een gesprek, zou ik graag eens met iemand praten. Zal ik je een raadsel vertellen?”

“Ja, graag”, antwoordde de prins, precies zoals ze het hadden afgesproken.

De nachtegaal begon te vertellen: “Er was eens een prinses, die uit drie broers niet kon kiezen met wie ze zou trouwen. Daarom moesten ze worden getest. De slimste van de drie mocht trouwen met de prinses. Ze kregen zes maanden tijd om aan te tonen wie van hen de slimste was. Zes maanden later zouden ze elkaar treffen op een afgesproken plaats. De oudste was in zijn nopjes: “Ik denk dat ik de prinses zal winnen, want niet iedereen is in staat om een half jaar reizen in Ć©Ć©n uur tijd te kunnen doen.”

De tweede broer had geleerd om op grote afstand te kunnen zien wat daar gebeurt. De jongste broer had geleerd de doden weer tot leven te wekken. Alle broers vonden dat ze recht hadden op het huwelijk. De middelste broer riep: ā€œLaat ons eens zien wat er zich op dit moment in het paleis afspeelt.” Hij ging in kleermakerszit zitten en sloot zijn ogen. “Oh, nee!”, riep hij. “De prinses is heel erg ziek, ze ligt op sterven!”

“Ik kan haar met een geneesmiddel tot leven wekken”, zei de jongste broer, maar er is wel haast bij. De oudste broer zei: “Maak het mengsel en ik zal het in een mum van tijd bij haar brengen!” Het mengsel werd gemaakt en de oudste broer was precies op tijd om de prinses met het geneesmiddel te redden. Nu is mijn vraag aan jou, prins: “Welke van de drie broers heeft de prinses gewonnen?”

“Ik denk degene die het geneesmiddel wist te maken”, sprak de prins. “Maar als de middelste zoon niet op afstand had gezien dat de prinses ernstig ziek was, had niemand met haar kunnen trouwen”, riep de nachtegaal. En zo ontstond er een verhit gesprek. Tot de prinses plotseling riep: “Oh, dwazen! Snappen jullie dan niet dat het de oudste is die recht had op de prinses, want als hij niet de macht had gehad om het paleis op tijd te bereiken, zou het geneesmiddel nutteloos zijn geweest!”

Bij het geluid van de prinses renden de bedienden naar de sultan om hem te vertellen over het wonder dat had plaatsgevonden. De sultan haastte zich naar zijn dochter, die begreep dat ze in de val was gelokt. Dus hield de prinses weer haar mond, maar liet haar vader duidelijk weten dat de man die haar echtgenoot wilde zijn, haar ertoe moest brengen drie keer te spreken. De prins stopte de nachtegaal snel onopgemerkt onder zijn jas en verliet het paleis.

“Waarom ben je zo somber?”, vroeg de nachtegaal, zodra ze veilig buiten waren. “Alles is precies goed gegaan. We gaan morgen terug en wees gerust, je hoeft me alleen maar te vertrouwen.”

De volgende avond bracht de prins weer een bezoek aan het paleis en zette de vogel onopvallend bij het raam waarop de vogel ongezien naar de top van de pilaar huppelde. Weer begon de prins over van alles te praten en de prinses gaf geen kik. Toen liep de prins naar het raam en zei: “Nou pilaar, de prinses heeft vanavond blijkbaar geen zin om te praten. Misschien jij wel?”

En de pilaar sprak terug: “Oh zeker wel, want je bent vast geĆÆnteresseerd in een interessant verhaal waarover ik graag je mening zou willen hebben.” En de vogel ging meteen verder: “Er was eens een vrouw die zo mooi was, dat elke man verliefd op haar werd. Daarom kon ze niet kiezen uit al die mannen. Maar op een dag merkte ze dat ze ouder werd en dat ze toch nu iemand moest kiezen. Ze had drie ex-geliefden, waaruit ze wilde kiezen. Dus bedacht ze een plan.

Ze waren alle drie niet zo slim, dus wilde ze de mannen testen. Ze werden alle drie uitgenodigd. De eerste man trof de vrouw huilend bij een graf in haar tuin aan. “Er is iets vreselijks gebeurd”, zei ze snikkend. “Mijn vader is twee nachten geleden overleden en ik heb hem in mijn tuin begraven. Maar ik heb ontdekt dat hij een tovenaar was en hij is helemaal niet dood. Jij kunt me redden door je in het witte kleed te wikkelen dat ik hier in mijn handen draag en in het graf te liggen. Als hij niet terug is gekomen in drie dagen tijd, dan is hij de macht over mij verloren en ben ik ven hem verlost.” De man vond het een eer dat ze hem in vertrouwen had genomen en wikkelde zich in het kleed en nam plaats in het graf.

De tweede dag kwam de tweede man bij het huis en trof de dame snikkend aan. Ze vertelde hem dat haar vader een tovenaar was en dat hij waarschijnlijk zijn graf zou verlaten als hij niet door een steen zou worden tegengehouden. Ze vroeg hem bij het graf te waken en een steen tegen het hoofd te slaan als er enige beweging in het graf zou komen.

Op de derde dag trof ook derde man de vrouw huilend aan. Ze vertelde hem dat een tovenaar haar vader uit zijn graf had gegooid en zijn plaats had ingenomen. De man rende direct naar het graf, trok de eerste man eruit en rende hem achterna. De tweede man die door het hele gebeuren zo werd verrast, dat hij eerst niets deed, gooide daarna een steen naar de twee mannen zonder ze te raken. Toen het witte kleed van de eerste man daarbij afviel, zagen de mannen dat de vrouw hen alle drie voor de gek had gehouden. “Vertel me, prins”, zei de nachtegaal, met wie van hen zou de vrouw trouwen?”

“Dat zou de tweede man volgens mij zijn”, zei de prins.

“Nee, nee, het zou de derde man moeten zijn, die het meeste moeite voor de dame deed”, zei de vogel. Er ontstond een felle discussie, tot de prinses de ruzie onderbrak.

“Hoe kunnen jullie zulke onzin praten? Hebben jullie wel eens gedacht aan al die dagen die de eerste man in het graf lag, met de dreiging van een steen boven het hoofd?”, riep de prinses. “Natuurlijk zou hij de echtgenoot moeten zijn!”

Het duurde niet lang voordat het nieuws de sultan bereikte. Maar hij kon nog niet instemmen met een huwelijk voordat zijn dochter voor de derde keer had gesproken. De volgende avond ging de prins voor de derde keer, met de vogel onder zijn jas verstopt, het paleis binnen. De vogel verdween in de plooien van het fluwelen gordijn. De jonge prins praatte zoals gewoonlijk met de prinses zonder ook maar Ć©Ć©n antwoord te verwachten.

Het gordijn begon met de prins te praten: “Er waren eens een timmerman, een kleermaker en een student die samen in een huisje woonden. Op een avond kon de timmerman niet slapen. In plaats van in zijn bed te blijven woelen, besloot hij een beeld uit een stuk hout te snijden, van een meisje. Toen hij terug naar bed ging, viel hij vast in slaap.

Maar de timmerman was niet de enige die deze nacht wakker lag. De kleermaker kon ook de slaap niet vatten en toen hij opstond om in de kamer wat drinken te pakken, zag hij tegen de muur een mooi meisje staan. Hij vond haar zo mooi dat hij die nacht een prachtige jurk voor haar maakte. Toen ze de jurk aanhad, was de kleermaker voldaan en zijn rusteloosheid was verdwenen en hij ging terug naar bed.

Toen de ochtend aanbrak, stond de student als eerste op. Ook hij zag het meisje en werd op slag verliefd. Hij liep naar haar toe en wenste vurig dat ze zou leven. Zijn wens kwam uit en het meisje kwam tot leven. Nu waren alle drie de mannen verliefd op het meisje en ieder van hen wilde met haar trouwen. En nu, mijn prins, vraag ik jou wie met het meisje zou moeten trouwen. Het lijkt mij dat de timmerman daar het meeste recht op had.”

“Oh, maar het zijn juist de details die het leven aantrekkelijk maken, dus ik denk dat de kleermaker de juiste keuze voor haar zou zijn”, riep de prins. Weer vergat de prinses haar stilzwijgend voornemen en riep luid: “Wat zijn mannen toch dom, het is de student die haar tot leven heeft gewekt. Wie anders zou met haar moeten trouwen?”

En terwijl ze sprak, vielen de zeven sluiers van haar af en daar stond de mooiste prinses die de wereld ooit heeft gezien.

“Jij, prins hebt me gewonnen”, zei ze glimlachend, en ze trouwden snel daarna. Ze leefden nog lang en gelukkig. Ze kregen veel kinderen en ze haalden het oude vrouwtje op om op hen te passen, waar zij veel vreugde aan beleefde en ook zij had een heerlijk leven!


Downloads