Er was eens een Newfoundland hond genaamd Sammy, hij stond bekend als de vriendelijke reus vanwege zijn enorme omvang. Hij woonde in een klein stadje aan een prachtig zwemmeer en hij deed niets liever dan zijn dagen doorbrengen met luieren in de zon en spetteren in het koele water.
Sammy was een getalenteerde badmeester, die altijd de zwemmers in de gaten hield en ervoor zorgde dat iedereen veilig was. Maar ondanks zijn liefde voor zijn werk en zijn huis, hunkerde de hond naar avontuur. Hij wilde meer van de wereld zien en alles ervaren wat de wereld te bieden had.
Dus op een dag ging Sammy op een groots avontuur. Hij wilde naar de hoogste bergtop in de omgeving wandelen, verlangend om de adembenemende uitzichten in zich op te nemen en de frisse, schone lucht in te ademen.
In het begin had de vriendelijke reus de tijd van zijn leven. Hij stopte om aan de wilde bloemen te snuffelen en achter vlinders aan te jagen. Maar naarmate hij hoger en hoger klom, besefte hij dat hij te ver was gegaan. Hij was te hoog om veilig terug naar beneden te klimmen. Hij wist dat hij in grote problemen zat, want de temperatuur zou ‘s nachts dramatisch dalen, hij had niet genoeg water en eten bij zich en hij was erg moe.
Sammy huilde en huilde, in de hoop dat iemand hem zou horen en hem zou komen redden. En gelukkig zag een groep avontuurlijke wandelaars de grote hond en wisten dat ze moesten helpen.
Maar zoals aan zijn bijnaam te verwachten was, was Sammy een zeer grote hond, die meer dan 90 kilo woog, en de wandelaars wisten dat ze hem niet alleen de berg af konden dragen. Dus riepen ze om hulp, en een team van sterke brandweerlieden wandelde de berg op om Sammy te redden.
Toen de brandweer arriveerde, was de hond dolgelukkig. Ze wikkelden hem in een warme deken, gaven hem wat water en eten en legden hem voorzichtig op een brancard. Daarna droegen ze hem voorzichtig de berg af, waarbij ze ervoor zorgden dat hij de hele weg veilig en comfortabel was.
Sammy was zo dankbaar dat hij gered was, en hij beloofde dat hij nooit meer alleen op zo’n groot avontuur zou gaan. Hij was blij weer thuis te zijn, omringd door zijn dierbaren en de vertrouwde beelden en geluiden van de zwemvijver. En hij wist dat waar zijn avonturen hem ook heen brachten, hij altijd beschermd zou worden door de dappere en sterke brandweerlieden.