Er was eens een bewaker, Mark genaamd, die altijd in de nachtdienst werkte. Hij was een harde werker en nam zijn werk heel serieus, maar hij had één groot probleem: hij was bang in het donker.
Mark moest helemaal alleen werken in een groot, donker magazijn om het daar veilig te houden. Hij hoorde vaak vreemde geluiden en stelde zich allerlei angstaanjagende dingen voor die in de schaduw op de loer lagen. De angst maakte het hem erg moeilijk om zijn werk te doen, en hij maakte zich voortdurend zorgen over wat hem zou kunnen overkomen als hij ‘s nachts alleen in het magazijn was.
Mark wist dat hij die angst moest overwinnen als hij als beveiliger wilde blijven werken. Hij begon met kleine stappen, zoals het gebruik van een zaklamp als hij in het magazijn patrouilleerde, en hij nam een radio mee om naar muziek te luisteren, terwijl hij werkte. Deze dingen hielpen zijn angst een beetje te verminderen, maar ze losten het probleem niet helemaal op.
Op een nacht, tijdens een patrouille, hoorde Mark een vreemd geluid dat klonk alsof het uit een van de opslagruimten kwam. Hij wist dat hij het moest onderzoeken, maar zijn angst voor het donker hield hem tegen. Hij haalde diep adem en herinnerde zichzelf eraan dat hij een professional was en dat hij er was om het magazijn veilig te houden.
Met zijn zaklamp in de hand naderde Mark de opslagruimte en opende voorzichtig de deur. Tot zijn verbazing vond hij een klein katje dat daarbinnen zat. Hij pakte de kitten voorzichtig op en hield het dicht tegen zich aan, terwijl hij zijn kleine hartje tegen zijn borst voelde kloppen. De aanwezigheid van de kitten vervulde Mark met warmte en hij besefte dat hij zijn angst niet alleen onder ogen hoefde te zien.
Vanaf die avond nam Mark het katje elke avond mee naar zijn werk. De kitten was zijn metgezel, zijn vriend en hielp hem gezelschap te houden tijdens de lange, eenzame nachten in het pakhuis. Met de kat aan zijn zijde was Mark niet langer bang in het donker. Hij kon nu met vertrouwen en de moed die hij nodig had om zijn werk te doen, door het magazijn patrouilleren.
Marks moed bracht hem de bewondering van het magazijnpersoneel en hij staat nu bekend als een onverschrokken nachtwaker. Hij blijft nachtdienst draaien met zijn geliefde metgezel en is nooit meer bang geweest in het donker.