De dierenboerderij

Lang geleden, op een boerderij ver, ver weg, leefde er een groep dieren die erg slecht behandeld werd door de boeren die het land bezaten. De dieren leefden in vieze, krappe hokken en ze kregen weinig voedsel of water. Ze moesten elke dag hard werken en kregen geen kans om te rusten of te spelen.

De dieren op de boerderij waren het zat om zo behandeld te worden en ze besloten iets te doen. Ze begonnen een revolutie te plannen, met als doel de boer af te zetten en de boerderij zelf te besturen.

Op een dag, toen de boer vergat de dieren te voeren, zagen ze hun kans schoon. Ze joegen de boer van de boerderij en namen de controle over. In het begin was de opstand een succes. De dieren werkten samen en ze leefden allemaal in harmonie. Er waren duidelijke regels en iedereen kreeg een eerlijke behandeling.

De varkens, die de meest intelligente dieren op de boerderij waren, werden de leiders. Ze werkten hard om ervoor te zorgen dat de dieren genoeg voedsel en water hadden en dat iedereen gelijk behandeld werd.

Echter, één van de varkens, genaamd Napoleon, was erg machtsbelust. Hij gaf zichzelf en zijn varkensvrienden meer voedsel dan de andere dieren. En hij overtuigde de anderen ervan dat varkens altijd de juiste beslissingen namen omdat ze het meest intelligent waren.

Naarmate de tijd verstreek, lieten de varkens de andere dieren steeds harder werken, terwijl ze zelf steeds minder deden. Ze gaven de dieren ook steeds minder voedsel en aten zelf meer. Ze veranderden de regels voor hun eigen gewin en introduceerden uiteindelijk één nieuwe wet: “Alle dieren zijn gelijk, maar sommige zijn meer gelijk dan anderen.”

Binnen enkele maanden was de toestand op de boerderij verslechterd ten opzichte van het regime van de boer. De andere dieren waren overspannen en ondervoed. Ze realiseerden zich dat ze bedrogen waren door Napoleon en de andere varkens. Ze wisten dat ze iets moesten doen om de situatie te verbeteren, maar ze wisten niet wat…


Downloads