De Oude Vrouw en de Naaktslakken

Er was eens een oude dame die ijverig in haar tuin werkte. Ze kweekte de mooiste bloemen en verbouwde de lekkerste groenten van het hele land. Ja, deze vrouw was een heel gelukkige dame. Ze had echter één grote frustratie. Elk jaar aten naaktslakken de helft van haar oogst op. Haar land was nat, vochtig en niet te warm en gevuld met de lekkerste etenswaren, dus de slijmerige kleine wezentjes floreerden.

In de loop der jaren had ze allerlei tuiniertechnieken geprobeerd om van de slakken af ​​te komen. Ze had haar gewassen in grote bakken gezet en ze afgedekt met netten. Ze had geprobeerd haar gewassen te omringen met zaagsel, omdat dat de slakken irriteerde. Ze had zelfs biologische korrels geprobeerd die speciaal waren geproduceerd om de dieren weg te houden. Maar niets daarvan hielp, omdat de dieren waren geëvolueerd en hadden geleerd haar obstakels te ontwijken.

Elk jaar werd ze bozer en bozer op de slakken, totdat ze op een dag een sluw plan bedacht. Ze ging naar het bos en vroeg hulp aan een nest met zes muizen. “Mijn lieve kleine muizenvriendjes”, zei ze, “ik bied jullie een paradijs vol dikke, vette slakken. Er is genoeg voor jullie allemaal. Volg mij en je zult nooit meer honger hebben.”

Dus de muizen volgden de dame en ze smulden van de slakken. Omdat er zoveel eten was, begonnen alle muizen in het nest baby’s te maken. En wat je misschien niet weet, is dat muizen tot acht keer per jaar baby’s kunnen maken en elke keer ongeveer zes muizenjongen krijgen. Dus na slechts zes maanden was het nest van 6 muizen uitgegroeid tot 24.576 muizen.

Nu waren er zoveel muizen dat de slakken alleen niet genoeg voedsel voor hen opleverden. Dus begonnen de muizen van het fruit en de groenten van de oude dame te eten. Dit maakte de dame natuurlijk boos, dus ging ze weer naar het bos en vroeg hulp aan een groepje vossen: “Mijn lieve vossenvrienden”, zei ze, “ik bied jullie een paradijs vol dikke, vette muizen. Er is genoeg voor jullie allemaal. Volg mij en je zult nooit meer honger hebben.”

Dus de vossen volgden de dame en ze smulden van de muizen. En omdat er zoveel eten was en vossen sociale dieren zijn, verspreidde het nieuws zich wijd en zijd in de vossengemeenschap over deze paradijselijke tuin met onbeperkte muizen. Meer dan driehonderd vossen kwamen naar de tuin en ze aten elk meer dan 30 muizen per dag. Dus binnen een maand waren er geen muizen meer voor de vossen en begonnen ze de bessen in de tuin van de oude dame te eten.

De oude dame ontplofte bijna van woede en ze ging weer het bos in en vroeg om hulp aan de ruigste wolvenroedel in het bos. “Mijn lieve wolven”, zei ze. “Ik bied jullie een paradijs vol dikke, vette vossen. Er is genoeg voor jullie allemaal. Volg mij en jullie zullen nooit meer honger hebben.”

Dus de wolven volgden de dame en smulden van de vossen. Omdat wolven veel voedsel tegelijk kunnen eten, aten ze de driehonderd vossen heel snel op. Omdat wolven echte carnivoren zijn, waren ze niet geïnteresseerd in de groenten en fruit in de tuin van de oude dame, maar probeerden ze in plaats daarvan de oude dame op te eten. Ze ontsnapte ternauwernood aan hun vreselijke tanden.

Ze zag rood van woede, ging weer het bos in en stapte de hut van de jager binnen. “Mijn beste jagersvrienden”, zei ze, “ik bied jullie een paradijs vol dikke, vette wolven. Er is genoeg voor jullie allemaal. Volg mij en jullie zullen nooit meer honger hebben, want ik zal het voedsel uit mijn tuin met jullie delen.”

Dus de jagers volgden de oude dame en doodden de wolven. Maar jagers zijn hongerige kerels en de oude dame keek verdrietig en machteloos toe hoe elke keer als het fruit en de groenten rijp werden, de jagers alles opaten, zodat er niets voor haar overbleef.

Alsof het nog niet erg genoeg was, zag ze ook nog een dunne en vriendelijk ogende naaktslak naar haar toe kruipen. “Oude vrouw”, zei de slak, “we waren zo gelukkig in jouw tuin en we deelden het eten altijd eerlijk, waarom heb je ons weggejaagd en de jagers al je eten laten opeten?”

“Ik was boos omdat jullie de helft van mijn eten opaten”, zei de dame, “maar nu zou ik alles doen om het weer te laten worden zoals het was.”

De slak dacht even na en zei: “Ik heb een idee. Er zijn er nog maar twee van ons over, maar we kunnen meer dan 500 eieren leggen. Dus over een paar weken kunnen we een klein slakkenleger hebben. De jagers hebben dan zoveel gegeten dat ze in de tuin in slaap vallen. Terwijl ze slapen, kruipen we over ze heen. Dat moet ze wel afschrikken.”

De oude dame stemde toe en keek wekenlang met lede ogen toe hoe de jagers al haar voedsel bleven opeten. Maar toen, nadat er veel regen was gevallen en de jagers een dutje gingen doen in een beschutte hoek van de tuin, zag ze honderden slakken op hen afkomen. De slakken kropen op de meest nare plekken. Toen ze op hun plek zaten, pakte de oude dame twee pannen uit haar huis en sloeg ze hard tegen elkaar.

Daar schrokken de jagers enorm van en ze sprongen in de lucht. Terwijl ze sprongen, voelden ze slakken in hun onderbroek, op hun neus, in hun oren, tussen hun tenen en op hun lippen. De jagers schreeuwden van angst en renden het bos in en werden nooit meer gezien. De slakken sprongen snel van de jagers af en leefden nog lang en gelukkig in de tuin samen met de oude dame.


Downloads