Op een koude regenachtige dag, toen mijn vader nog een kleine jongen was, ontmoette hij een oude straatkat in een steegje bij zijn huis. De kat was doorweekt van de regen en oogde erg verdrietig, dus zei mijn vader: ‘Wil je niet met mij mee naar binnen?’
Dit verbaasde de kat. Ze had namelijk nog nooit iemand ontmoet die iets om oude straatkatten gaf, maar ze zei: ‘Ik zou het zeer op prijs stellen om bij een warme oven te zitten en een schoteltje melk te drinken.’
‘We hebben een hele mooie oven om bij te zitten’, zei mijn vader, ‘en ik weet zeker dat mijn moeder een extra schoteltje melk heeft.’
Zo werden mijn vader en de kat goede vrienden, maar de moeder van mijn vader vond het maar niets. Ze had een hekel aan katten en al helemaal aan lelijke, oude straatkatten. ‘Als je denkt dat ik die kat een schoteltje melk ga geven, dan heb je het mis’, zei ze tegen mijn vader. ‘Als je eenmaal zwerfkatten gaat voeren, dan kunnen we net zo goed alle zwerfhonden uit de stad ook gelijk voeren en dat doe ik niet!’
Dit maakte mijn vader erg verdrietig en hij verontschuldigde zich bij de kat omdat zijn moeder zo onaardig was geweest. Hij zei tegen de kat dat ze toch moest blijven en dat hij haar op de een of andere manier elke dag een schoteltje melk zou brengen. Mijn vader voedde de kat drie weken lang, maar op een dag vond zijn moeder de schotel van de kat in de kelder en ze was ontzettend boos. Ze gaf mijn vader straf en gooide de kat de deur uit, maar later sloop mijn vader naar buiten en vond de kat. Samen gingen ze wandelen in het park en probeerden leuke dingen te bedenken om over te praten. Mijn vader zei: ‘Als ik groot ben, krijg ik een vliegtuig. Zou het niet geweldig zijn om overal naartoe te vliegen waar je maar aan kunt denken!’
‘Zou je heel, heel graag willen vliegen?’ vroeg de kat.
‘Dat zou ik zeker doen. Ik zou van alles doen als ik kon vliegen.’
‘Nou’, zei de kat, ‘als je echt zo graag zou willen vliegen, dan denk ik dat ik een manier weet om te vliegen terwijl je nog een kleine jongen bent.’
‘Je bedoelt dat je weet waar ik een vliegtuig kan krijgen?’
‘Nou, niet echt een vliegtuig, maar iets dat nog beter is. Zoals je kunt zien, ben ik nu een oude kat, maar in mijn jonge jaren was ik nogal een reiziger. Mijn reisdagen zijn voorbij, maar afgelopen voorjaar maakte ik nog een reis en zeilde naar het eiland Tangerina en stopte in de haven van Cranberry. Nou, het toeval wilde dat ik de boot miste, en terwijl ik wachtte op de volgende, dacht ik dat ik een beetje rond zou kijken. Ik was vooral geïnteresseerd in een plaats genaamd Wild Island, die we waren gepasseerd op weg naar Tangerina. Wild Island en Tangerina zijn met elkaar verbonden door een lange reeks rotsen, maar mensen gaan nooit naar Wild Island omdat het voornamelijk jungle is en wordt bewoond door zeer wilde dieren. Dus ik besloot om over de rotsen te gaan en het zelf te verkennen. Het is zeker een interessante plek, maar ik zag daar iets waarvan ik moest huilen.’