Kleine Nooit-Overstuur

Kleine Nooit-Overstuur was een ruig kereltje, met een klein lichaam en ongeacht hoe hij behandeld werd, hij glimlachte altijd. Hij had een klein vrolijk gezicht en hoe erg het andere speelgoed ook ruzie maakte, kleine Nooit-Overstuur deed er niet aan mee.

Op een avond, toen de klok middernacht sloeg, begonnen juffrouw Franse pop en juffrouw Katoenen pop te kibbelen: “Jij hebt me laatst heel slecht behandeld toen we in de koets in het park zaten” zei juffrouw Katoenen pop. “Je zou echt niet denken dat wij in dezelfde speelkamer woonden.”

“Waarom heb jij nooit iets anders aan dan die oude katoenen jurk?” vroeg juffrouw Franse pop. “Ik ben nog nooit zo ten schande gemaakt als toen we juffrouw Marie pop ontmoetten in haar mooie kleren. Ik weet zeker dat ze zich afvroeg wie jij was.”

“Jij ziet er niet uit sinds je een gebroken arm hebt gehad en naar het ziekenhuis moest”, antwoordde juffrouw Katoenen pop terwijl ze in de stoelen op de veranda zaten.

“Dat is iets heel anders,’ zei juffrouw Franse Pop hoofdschuddend. “Ik kon het niet helpen dat ik een ongeluk kreeg.”

“En ik kan het niet helpen dat ik deze katoenen jurk draag”, zei juffrouw Katoenen Pop. “De jurk is op mij geschilderd, net als mijn gezicht.”

“Wat is er aan de hand”, riep Jack-in-de-doos, eruit springend met zijn veer. “Wat is het probleem? Wat is dat toch voor gedoe met jullie twee?”

“Waf, waf, waf!” blafte het Hondje-op-wielen, “waarom maak jij zo’n herrie Jack? Ik lag net lekker te slapen naast jouw doos. Het lijkt hier wel een dierentuin met zoveel herrie.”

Teddybeer begon te grommen. “Iedereen zou denken dat dit een menagerie was in plaats van een speelkamer”, zei hij.

“Ja, daar lijkt het wel op”, zei de Katoenen Kat en draaide hevig rond met haar staart. Dat gegrom van jou maakt het nog erger.”

De Katoenen Kat bolde haar rug, klaar om naar Teddy te springen en Hondje-op-wielen blafte, klaar om naar iedereen te springen die hem in de weg liep. Jack-in-de-doos trilde van woede omdat de Franse pop hem bespotte omdat hij geen benen had en zei dat hij maar beter zijn mond kon houden, terwijl juffrouw Katoenen pop nog iets hatelijks probeerde te bedenken om tegen juffrouw Franse pop te zeggen.

Het was op dit moment dat kleine Nooit-Overstuur, die, vanaf zijn plank, rustig luisterde naar al het geruzie van het andere speelgoed, het goede voorbeeld gaf aan het speelgoed in de speelkamer. “Ga van mijn plank!” zei de oude Olifant, die daar altijd stond en dacht dat hij de eigenaar was. Terwijl hij sprak gaf hij kleine Nooit-Overstuur een klap met zijn slurf en kleine Nooit-Overstuur viel op de grond, precies op zijn hoofd!

Al het speelgoed stopte met ruzie maken en was stil om te kijken wat er gebeurde. Zo snel als een flits sprong kleine Nooit-Overstuur weer op zijn voeten en rolde heen en weer van het lachen. “Nou jij bent echt het aardigste kereltje die ik ooit heb gezien”, zei Teddy. “Wil je het Olifant niet betaald zetten dat hij je op de grond heeft gegooid?”

“Niet in het minst” antwoordde kleine Nooit-Overstuur, “het leven is te kort om ruzie te maken. Denk aan al het plezier dat je verliest in de tijd waarin je ruzie maakt.”

“Je hebt eigenlijk wel gelijk”, zei Teddybeer. “En waar ging eigenlijk al die ophef over?”

Niemand kon precies zeggen waar het mee begon, en binnen een paar minuten lachte iedereen weer en had hij het naar zijn zin, en dat allemaal omdat kleine Nooit-Overstuur glimlachend was opgedoken. De oude Olifant nam echter de tijd om over de plank te leunen en kleine Nooit-Overstuur te roepen. “Zeg kereltje, het spijt me dat ik zo onbeleefd was”, zei hij. “Kom maar weer naar boven hoor en blijf zo lang als je wilt.”

En kleine Nooit-Overstuur knikte met zijn hoofd en zei dat hij dat zou doen, glimlachend alsof hij nooit van de plank was gevallen.


Downloads