Het verhaal van de amberkralen

Ken jij Moeder Natuur? Zij heeft de zorg voor de aarde, en alles wat erop of in groeit. Je denkt misschien dat Moeder Natuur, net als de beroemde “oude vrouw die in de schoen leefde”, zoveel kinderen heeft dat ze niet weet wat ze moet doen. Maar je zult beter weten wanneer je haar leert kennen, en leert hoe sterk ze is en hoe actief. Hoe ze werkelijk op vijftig plaatsen tegelijk kan zijn, een zieke boom verzorgend, of een pas geboren babybloem; en tegelijkertijd bouwde ze ondergrondse paleizen, begeleidde ze de voetstappen van kleine reizigers die lange reizen maakten, en richtte ze haar grote huis, de aarde, in.

En al die tijd, temidden van haar geduldige en nooit eindigende werk, zal ze ons de meest charmante en wonderbaarlijke verhalen vertellen van eeuwen geleden, toen ze jong was, of van de schatten die verborgen liggen in de meest afgelegen en geheime kasten van haar paleis. Zulke verhalen zullen jullie allemaal leuk vinden om je moeder te horen vertellen als je in de schemering om haar heen zit. Een paar van deze verhalen die zij mij heeft verteld, ga ik nu vertellen, te beginnen bij deze.

Ik ken een Schots meisje: ze woont in de Hooglanden. Haar huis is nauwelijks meer dan een hut. Haar vader houdt schapen op de hellingen; en in plaats van een jas te dragen, wikkelt hij zich in een warm kleed, ter bescherming tegen de koude wind die grote wolken van mist en sneeuw tussen de bergen voor hen drijft. Wat Jeanie zelf betreft; haar gezicht is bruin geworden door de zon en haar handen zijn verhard door het werk, want ze helpt haar moeder met koken en naaien, spinnen en weven. En Jeanie heeft een mooie schat in haar bezit. Het is een ketting van barnsteenkralen, ofwel amber. Je hebt misschien wel eens barnsteen gezien en kent de rijke, zonnige kleur en de geur ervan wanneer je erover wrijft; en weet je ook dat wrijven ervoor zorgt dat barnsteen dingen aantrekt zoals een magneet dat doet?

Jeanie’s kralen hadden al deze eigenschappen, maar nog enkele andere, wonderbaarlijk en lieflijk; en het is van die in het bijzonder dat ik je wil vertellen. Elke kraal heeft binnenin een klein voorwerp alsof het in de steen is gegroeid; en Jeanie is het nooit zat om ernaar te kijken en erover na te denken. Ze heeft een kraaltje met mos erin en eentje met een vlieg, zijn kleine vleugels gespreid en opgeheven om te vliegen. En in een andere kraal zit een bij vast en een kleine kever in een andere. Ze heeft ook een kraal met twee dennennaalden.

Ik wou dat je de kralen kon zien, want het is prachtig! Maar waar kwamen deze kralen vandaan en waarom heeft Jeanie ze? Het enige wat ze ervan weet, is dat haar opa jaren geleden, toen hij nog een jongen was, na een grote storm op het strand was en daar tussen het glibberige zeewier een heldere, glanzende klomp barnsteen had gevonden, waarin al deze kleine wezens vast zaten. Haar opa was verliefd op een mooi meisje en gaf haar de ketting toen ze gingen trouwen.

Hij had de kralen zelf uit de klomp barnsteen gesneden, voorzichtig werkend om in elke kraal het mooiste insect of mos te redden. En toen haar oma overleed mocht Jeanie de ketting hebben. Maar wat Jeanie niet snapte is hoe de barnsteen aan de kust terecht kwam en vooral hoe de bijen en mossen erin kwamen. En Moeder Natuur vertelde haar: “Lang geleden, voordat er mensen op aarde leefden, waren de Schotse Hooglanden bedekt met bossen. Er waren eiken, populieren, beuken en dennen; en onder hen een soort den, hoog en statig, waaruit een glanzende gele gom vloeide.

Deze mooie gele gom was geurig, en terwijl de duizenden kleine insecten eromheen fladderden in de warme zonneschijn, werden ze aangetrokken door de lekkere geur en misschien ook door de smaak en toen ze erop waren neergestreken, bleven ze vastzitten en konden ze niet wegkomen, terwijl de grote gele druppels die naar buiten sijpelden hen omsingelden en ten slotte volledig bedekten. En dit is barnsteen.” “Dat is een mooi verhaal, Moeder Natuur; maar hoe kan het de opa’s klomp barnsteen aan de kust terechtkwam?”

Dit is het tweede deel van het verhaal. “Heb je ooit gehoord dat heel lang geleden het land soms in zee zonk, zelfs zo diep dat het water de bergtoppen bedekte? Je kunt het bijna niet geloven, toch was ik er zelf om te zien; en ik herinner me nog goed toen de grote bossen van het noorden van Schotland – de eiken, de populieren en de amberdennen – in de zee verdwenen. Daar is de gom verhard als steen, en alleen grote stormen kunnen het steen verplaatsen. Het was een van die grote stormen die opa’s klomp barnsteen aan land bracht.”


Downloads